Joop Brummel genomineerd als vrijwilliger van het jaar

EPE – Joop Brummel proeft al decennia lang op diverse manieren van het vrijwilligerswerk. Hij hoeft er geen moment over na te denken als hem de vraag wordt gesteld wat daarbij de meeste indruk maakt.

“Dat is het hospice. Het brengt je meer dan dat je geeft. De persoonlijke gesprekken met mensen in de terminale fase verrijken je leven. In geen ander facet van het vrijwilligerswerk doe je zoveel mensenkennis op.”

Het kost enige overredingskracht om Joop ‘voor de microfoon’ te krijgen. In Epe is het algemeen bekend dat hij zich het liefst ophoudt in de schaduw van het gebeuren, ver weg van de schijnwerpers. Zo in de geest van: je inzetten voor de naaste, wat is daar nu voor bijzonders aan?

Rommelmarkt

Toen hij van Emst naar Epe verhuisde kwam al gauw de Goede Herderkerk op zijn pad. “Via een buurvrouw raakte ik betrokken bij een groep jongeren die de schouders zette onder een rommelmarkt. Die is later door de kerk overgenomen. Ik heb daar bijna 30 jaar een rol in mogen spelen. Het inzamelen van spullen, het verfijnen van bet aanbod, de hele organisatie er rondom.

Een evenement dat alleen kan bestaan dankzij de inzet van tientallen vrijwilligers. Die zijn inmiddels zeventig, tachtig jaar. Er komt te weinig instroom van jeugd, een gegeven waar veel organisaties mee worstelen. Het zal een hele hijs worden om deze grootschalige meerdaagse activiteit een langer leven te geven.”

Joop had namens de kerk zitting in de redactie van Drieklank, het orgaan dat samen met de beide andere hervormde kerken in Epe werd uitgegeven. Hij werkt mee aan de distributie en organisatie van het huidige blad van de Goede Herderkerk.

Acht jaar beheerde hij nauwgezet de penningen van de Wilhelminaveniging. “Je draagt daarbij een grote verantwoordelijkheid. In die hele feestweek komt veel op je af.” Zeven jaar maakte hij deel uit van het bestuur van de Vereniging van Eigenaren van het appartement een de Boerrigterstreaat.

Tegenstrijdig

Dan toch weer komt het gesprek op het hospice Casa Vera. “De periode aan de Scheperstraat, waar je één op één gesprekken voerde, heeft op mij een diepe indruk gemaakt. Men vertrouwt je dingen toe die aan de eigen kinderen niet worden verteld, zo werd me achteraf duidelijk.

Het zit ‘m vaak in kleine dingen. Een van de gasten zei me dat hij zijn ‘börreltien’ voor het eten en voor het slapen gaan zo miste. Ik heb het met de huisarts doorgesproken. Het werd vlot geregeld. Die stemde onmiddellijk in: een beetje alcohol afgezet tegen morfine, wat kon dat voor kwaad?

Het vergde wel enige aanpassing. “Je zat de ene dag aan een sterfbed en weinige uren later in de feesttent van de Wilhelminavereniging.”

Joop is van plan om als een soort sabbatical de komende tijd er wat vaker met de caravan op uit te trekken.

“Maar het kriebelt nog steeds. Weet je, ik moest het werk voor het hospice beëindigen toen het naar Oene werd overgeheveld. Werk en vervoer stonden me daarbij in de weg. Ik zit nog in het bestuur van de Vrienden van de Kruimelschaar, die het hospice beheert en in de benen hielp. Van dat werk komt je niet snel los. Eerst maar even wat rustiger aan. Ik zie wel wat er vervolgens op me afkomt. Iets wat je raakt, waar je het goede gevoel bij hebt. Je verkeert in een levensfase waarin je niets moet uitstellen.” Het mag duidelijk zijn dat de vrijwilliger in Joop Brummel allerminst is gedoofd.

Tekst en foto door: Dick van der Veen